Verdeel je alle bloemen in de wereld onder in specifieke categorieën, dan mag je de Ranonkel onderbrengen in de categorie ‘voorjaarsbloemen’. Als de lente zijn intrede doet, is de Ranonkel namelijk de bloem bij uitstek die wordt ondergebracht in de typische voorjaarsboeketten. De bloem wordt meestal gekweekt in kassen, waar het als knol begint en als bloem eindigt. De Ranonkel is verkrijgbaar in allerlei kleuren. Van zuurstokroze tot het maagdelijke wit en van het maagdelijke wit tot sinaasappel roze: de Ranonkel presenteert zich op allerlei verschillende manieren.
De Ranonkel is onderdeel van de boterbloemfamilie en wordt in het Latijn ook wel de Ranunculus genoemd. De bloem houdt van een vochtige ondergrond en is om die reden geen vreemde verschijning langs beekjes en plassen. Deze voorkeuren liggen dan ook direct ten grondslag aan de naam van de Ranonkel. De kikker, eveneens een fervent waterliefhebber, wordt in het Latijn namelijk aangeduid als een ‘rana’. Door de gemeenschappelijke deler van de twee, is er voor deze naam gekozen.
De geschiedenis van de Ranonkel begon zo omstreeks 1596. Dat was namelijk het jaar waarin de eerste verhalen over de bloem werden opgetekend. In Centraal Azië werd de bloem voor het eerst gevonden, waarna het nog heel wat jaren duurde alvorens de bloem zijn weg naar Europa vond.
Enkele eeuwen later, toen de bloem goed was ingeburgerd in ons continent, was het dhr. Goedhart die aan de slag ging met het maken van nieuwe varianten van de bloem. ‘Eddy Commandeur’ en ‘Golden Jewels’ kwamen allebei van de hand van deze kweker uit dit dorp naast Medemblik. Zo werd de oorspronkelijke versie steeds verder geëvolueerd.
Israël, Turkije en Italië behoren tot de landen waar de Ranonkel tegenwoordig het meest geëxporteerd wordt naar landen als Nederland. Maar in een ver verleden waren het de Aziaten die de bloem naar het westen distribueerden. In de beginfase van de bloem zag de Ranonkel er nog heel anders uit dan nu het geval is. Deze Ranunculus Asiaticus was voorzien van bloempjes die wel wat weg hadden van kleine schoteltjes.
Het non-verbale aspect van bloemen is soms nog mooier dan de bloem zelf. Bij de Ranonkel gaat dit ook op, want deze bloem staat synoniem voor charme. Toen koningin Victoria Groot-Brittannië diende (het victoriaanse tijdperk), werd de Ranonkel vaak overgedragen van aanbidder op crush. In feite zeg je met de Ranonkel dat je er iemand mooi uit vindt zien en dat je wel wat meer wilt weten van de ander. Overigens is die betekenis niet veranderd sinds het begin van de 20e eeuw, dus ga gerust je gang.
De Ranonkel is niet specifiek te herkennen aan één kleur, want de bloem presenteert zich op allerlei verschillende manieren. Iets waar de Ranonkel wél aan te herkennen is, zijn de bloemen. Deze zijn soms deels gevuld, maar in z’n volledigheid komt eveneens voor. De bloemen zijn doorgaans dubbelgevouwen of half dubbel.
Bollen die in het voorjaar van een plekje voorzien zijn in de tuin, vinden het prettig om direct een gulzige gietbeurt te krijgen. Stop tijdig met het geven van water, totdat de eerste uitlopers zichtbaar worden. Overenthousiast zijn met gietbeurten, kan wortelrot tot gevolg hebben. Hierdoor zal er niets van de bloem overblijven.
Overigens kun je er ook voor kiezen om de bollen te planten in een schaal in de vensterbank en de groei binnenshuis te bevorderen en het op een later moment buiten af te maken.
De Ranonkel wordt meestal onderverdeeld in drie categorieën: de Turkse ranonkel, Perzische ranonkel en de Franse ranonkel. De Perzische ranonkel, die ook wel te boek staat als de ‘gewone ranonkel’, heeft enkele, half dubbele of dubbele bloemen en heeft veel weg van de Turkse ranonkel, die op zijn beurt geen vertakte stengels heeft. De Franse ranonkel is te herkennen aan de goed gevulde bladeren. Naar het schijnt zijn er wel 400 soorten van de Ranonkel op de markt.
De Ranonkel is zowel binnens- als buitenshuis geliefd. Je kunt de Ranonkel dus uitstekend al snijbloem gebruiken. Dit doe je door een stukje van de steel te verwijderen aan de onderzijde en het vaaswater regelmatig te vervangen. Kies bij voorkeur voor een plek die relatief koel is.
Juli en augustus zijn dé maanden waarin de bloeifase van de Ranonkel plaatsvindt. De beste periode om de bollen te planten, ligt zo rond december/januari.
Aangezien we bij de Ranonkel echt te maken hebben met een water liefhebbende plant, doe je er goed aan om een standplaats te kiezen met een vochtige ondergrond. Wil je de bloem helemaal tevreden stellen? Ga dan voor een standplaats waar volop zon aanwezig is of een plek in de halfschaduw.
Om de bollen van de Ranonkel op de juiste manier te planten, doe je er goed aan om een gat van circa 2 centimeter diep te graven. Bij voorkeur bewaar je 10 à 15 centimeter afstand tussen de verschillende bollen, zodat ze elkaar tijdens het groeien niet in de weg zitten. De bollen hebben wel wat weg van minuscule banaantjes. Zorg ervoor dat deze naar beneden wijzen.
Het snoeien van de Ranonkel is niet per sé bevorderlijk voor de groei van de bloem. Het doet namelijk eerder afbreuk dan dat het wat oplevert. Je kunt er dan ook beter voor kiezen om het loof op de plek te laten zitten. Dit deel van de plant zorgt er namelijk voor dat de Ranonkel voedsel toegediend krijgt bij de volgende fase.
Bij het vermeerderen van de Ranonkel, komt wat geluk kijken. De bloem moet namelijk op de juiste standplaats staan, om meerdere varianten van zichzelf te doen ontstaan. Dit heeft te maken met het niet winterharde karakter van de bloem.
Het stekken van de Ranonkel gebeurt wel, maar vooral om de groei van het aantal eigen bloemen te vermeerderen. Als je er stukjes afsnijdt tijdens de periode van bloei, zullen er vanzelf meer bloemen ontstaan. Stekken op de gebruikelijke wijze is niet erg gebruikelijk bij de Ranonkel.
Het drogen van het gewas met als doel om ze als droogbloem te gebruiken, is niet erg gebruikelijk bij de Ranonkel. De reden waarom men wél vaak kiest voor het drogen van de bloem, hangt samen met overleving. Om namelijk ook het volgende bloeiseizoen te kunnen genieten van de Ranonkel, kun je de bollen van de bloem maar beter binnenshuis drogen. Laten zitten tijdens de vorstperiode, zal allerminst bevorderlijk zijn.
Als er een bloem is die vaak veredeld is, dan is het de Ranonkel wel. Vlak na de Tweede Wereldoorlog experimenteerden Nederlandse veredelaars er lustig op los, wat resulteerde in een groot aantal varianten. Golden Jewels en Roncalli zijn veredelde oranje en roze/gele bloemen, de Scarlet Grow is knalrood en de Poolijs heeft een mooie witte kleur. Barbaroux en Jaune Supreme behoren tot de Perzische varianten en Boule d'Or, Hercules en Grootvorst zijn ondergebracht bij de Turkse Ranonkels.
Een jaar van de Ranonkel genieten, is al fantastisch. Maar kun je meerdere jaren op rij een beroep doen op de bloem, dan is dat helemaal geweldig. Om dit te kunnen bewerkstelligen, dien je echter wel wat werk te verzetten. Op het moment dat de bloeifase achter ons ligt, pak je er een schep bij. Hiermee graaf je (voorzichtig) de bollen op, reinig en droog je ze, waarna je ze een droog plekje geeft om ze de winter door te helpen.
De Ranonkel is een graag geziene gast in voorjaarsboeketten. Om een vrolijk geheel te verwelkomen in je woonkamer, kun je er het beste voor kiezen om de Ranonkel te combineren met de Anemoon, Tulp, Freesia, Iris, Kersenbloesem en/of Bosbes. Je kunt ook voor een veldboeket kiezen, waarbij je de Ranonkel een koppeltje laat vormen met de Celosia, Phlox of Viburnum.
Regiobloemist moet helaas mededelen dat de Ranonkel inderdaad giftig is. In het verleden zijn er zelfs schapen overleden aan het eten van de bloemen, waardoor het voor dieren in ieder geval menens is. Voor jezelf is het verstandig om handschoenen te dragen tijdens de behandeling, om irritatie te voorkomen. Houd de bloem ook buiten bereik van kinderen.
Zit je eraan te denken om de Ranonkel in je tuin te planten? Er zijn bepaalde bloemen die heel mooi gecombineerd kunnen worden met de Ranonkel. Chinees vingerhoedskruid, de Incalelie en de Ranonkel vormen een prachtig drietal, die elkaars schoonheid versterken.
De Ranonkel vindt het prettig om ‘gesneden’ te worden tijdens de bloeiperiode. Het verkrijgen van een ‘wond’ zal ervoor zorgen dat de Ranonkel meer bloemen gaat aanmaken. En dat is precies wat je als bloemenliefhebber wilt, want hoe meer hoe beter!