De olifantspoot (ook wel: Beaucarnea) is een grote exotische kamerplant die een ruimte helemaal opfleurt. De plant heeft een verdikte knol, wat niet alleen sierlijk staat, maar wat ook nog een functie heeft. De Beaucarnea slaat hier namelijk water op, zodat het prima een tijd zonder nieuw water kan. Dit maakt de olifantspoot een erg makkelijke kamerplant die super onderhoudsvriendelijk is.
Een olifantspoot is een plant die niet zo snel groeit, maar waar toch verschillende versies van zijn. Dit komt doordat de plant verkrijgbaar is in verschillende exemplaren. De plant gaat er anders uitzien naarmate deze ouder wordt. Zo wordt een jonge plant in de eerste jaren enkel dikker, terwijl deze in de hoogte amper groeit. Een wat ouder exemplaar heeft een verdikte knol die naar boven steeds smaller wordt. Er komen diverse rozetjes met bladeren uit. Een volgroeide olifantspoot heeft dunne en rechtopstaande takken die bovenaan één rozet bladeren hebben.
De olifantspoot komt oorspronkelijk uit het oosten van Mexico, maar ook in het zuiden van de Verenigde Staten groeien ze in de natuur. De plant kan hier wel zes tot tien meter hoog worden. In de woonkamer is dit niet het geval. Hier wordt deze over het algemeen 1,5 meter hoog.
De beste standplaats voor de olifantspoot is half in de zon en half in de schaduw. Op een lichte plek komt deze plant het beste tot zijn recht. Let op dat deze niet helemaal in de zon moet staan, want hierdoor kunnen er plekjes op de bladeren komen. Wij adviseren je daarom om de plant te plaatsen voor het raam op het noorden, oosten of het westen. Wil je liever de plant bij een raam op het zuiden zetten? Dat kan, mits deze twee tot drie meter voor het raam wordt geplaatst.
De olifantspoot krijgt in de natuur vaak hoge temperaturen te verduren. Deze temperaturen kennen wij in Nederland niet. Toch is dit geen probleem voor de kamerplant. Eigenlijk maakt het niet uit in welke temperatuur de olifantspoot zich bevindt.
Ben je een echte plantenliefhebber en ga je altijd voor de crème de la crème? Dan is het beter om de plant in de winter koud te houden. Denk bijvoorbeeld aan plek met minima tot 5 graden. Dit wordt geadviseerd omdat de plant anders gaat groeien in omstandigheden waarbij de plant te weinig licht krijgt. Dit zorgt ervoor dat de plant niet mooi groeit.
Een olifantspoot heeft niet veel water nodig, omdat deze in de stam het water opslaat. Hierdoor is deze plant vergelijkbaar met de waterbehoefte van bijvoorbeeld een vetplant of een cactus. In de winter kan deze plant zelfs wekenlang zonder water. Geef de plant pas water wanneer de grond aardig droog is. Let op: de wortels van deze plant moeten niet in de vochtige aarde staan. Hierdoor kunnen de wortels gaan rotten.
Hoeveel water je exact moet geven? Dat is lastig te zeggen, omdat diverse factoren hier invloed op hebben. Denk bijvoorbeeld aan de standplaats, de grootte van de plant en het seizoen. Mocht je nou twijfelen of je de plant water moet geven, dan is het eerder goed om het een keer over te slaan.
De olifantspoot hoef je niet te sproeien. Dit komt doordat de plant een lage luchtvochtigheid gewend is. Wel kun je de plant sproeien wanneer er stof op de bladeren zitten.
Wil je er zeker van zijn dat je op het juiste moment de olifantspoot water geeft? Het is dan een aanrader om gebruik te maken van een watermeter. Zo voorkom je dat de plant natte voeten krijgt.
De wortels van een plant hebben veel invloed op de gezondheid. Daarom is het belangrijk dat de wortels van de plant zich goed kunnen ontwikkelen. Om dit te stimuleren is het belangrijk dat je gebruikmaakt van de juiste potgrond. Zo kun je kiezen voor standaard potgrond, maar is het nog beter om de plant te oppotten in Zeoponic. De korrels van de grond nemen het vocht op waardoor ze dit langzaam afgeven aan de wortels. Hierdoor zullen de wortels niet te vochtig worden.
Doordat de olifantspoot erg langzaam groeit, gebruikt het ook weinig voeding. Als je deze plant voeding wilt geven, geef het dan de helft van de aanbevolen hoeveelheid. Bovendien hoef je dit alleen te doen van maart tot augustus. De rest van het jaar heeft de plant geen voeding nodig. Kortom: een erg onderhoudsvriendelijke plant dus, waar je weinig naar hoeft om te kijken.
Dat kan, echter gebeurt dit maar zelden en bovendien zijn de lichtroze bloemetjes zo klein dat ze bijna niet opvallen. Bovendien worden de planten vaak pas aangeboden als jonge planten en bloeien ze nog niet. Mocht je de plant in bloei willen zien, heb dan geduld want dit kan jaren duren. Houd rekening met zo’n 15 tot 20 jaar. De kans is daarbij klein dat jij de plant in jouw kamer ziet bloeien. Hier hoef je echter niet om te treuren, want de bloempjes zijn snel uitgebloeid en er komt ook geen geur vanaf.
De olifantspoot heeft weinig voeding nodig, waardoor het prima is om de plant om de drie jaar te verpotten. Het is belangrijk om dit te doen, omdat de grond door de jaren heen slechter wordt van kwaliteit. Bovendien worden de wortels groter, waardoor je dus een grotere pot nodig hebt. Let erop dat de potten die je gebruikt niet de diep zijn, want hierdoor is het lastiger om te bepalen of de grond onderaan niet te nat wordt. Wel raden we je aan om te kiezen voor een pot die 20% breder is en om de plant in de lente te verpotten. Zo krijgt de plant genoeg energie waardoor eventuele beschadigingen snel worden opgelost.
Een olifantspoot is niet vatbaar voor ziektes. Wel kunnen de bladeren verkleuren of kan de schors loskomen.
Wanneer de bladeren van de olifantspoot verkleuren dan hoef jij je geen zorgen te maken. Dit hoort bij deze plant. Verwijder de bladeren door ze eraf te trekken of te knippen.
Heeft jouw plant bruine plekjes? Dit duidt op verbranding van het blad. Het is dan aan te raden om de plant iets verder van het raam te plaatsen. Je kunt hierna geleidelijk de plant weer iets dichterbij het raam plaatsen, maar let wel op dat de blad niet nogmaals verbrandt.
Heeft jouw olifantspoot een zachte stam? Dan duidt dit op te veel water. Dit kan je testen door aan de onderkant van de stam te drukken. Komt hier zwart vocht tevoorschijn? Dan betekent dit dat de stam aan het rotten is. Helaas kun je dan de plant weggooien.
Ook al heeft een olifantspoot weinig water nodig, het kan ook voorkomen dat de plant te weinig water krijgt. Dit komt zelden voor, maar als dit voorkomt dan kun je dat herkennen aan een schors die loskomt. Geef de plant wat meer water, maar zorg er wel voor dat de grond eerst indroogt waarna je de volgende waterbeurt geeft.
De olifantspoot is over het algemeen niet heel gevoelig voor ongedierte. Echter kan het wel voorkomen dat de plant last krijgt van wolluis. Dit kan doordat de plant te veel in de tocht staat.
De olifantspoot heeft in de natuur maar liefst twinitg verschillende soorten. De plant die consumenten kunnen kopen is de Beacarnea recurvata. Ondanks dat dit één soort plant is, ziet deze er door de jaren heen anders uit. Dit komt doordat het uiterlijk van de plant door zijn leeftijd verandert.
Jonge olifantspoot: deze kenmerkt zich door het hebben van ronde knolletjes waar uit de bovenkant bladeren komen.
Volwassen olifantspoot: deze kun je herkennen aan de verdikte, naar boven toe smaller wordende knol. De knol is aan de bovenkant afgezaagd. Hierdoor komen er verschillende rozetjes met bladeren uit.
Semi-volgroeide olifantspoot: deze plant komt niet ver boven de grond en heeft dunne rechtopstaande takken. Bovenaan hebben ze één enkele rozet bladeren.
Een olifantspoot heeft niet veel water nodig. Afhankelijk van het seizoen, de standplaats en de grootte van de grond is het een aanrader om zelf goed de grond van de plant in de gaten te houden. De plant kan weken zonder water, maar zorg wel dat je af en toe even wat water geeft.
Een olifantspoot groeit niet snel en heeft weinig onderhoud nodig. Daarom is dit de perfecte plant als je niet echt groene vingers hebt of als je veel op reis bent bijvoorbeeld. Geef de plant af en toe voeding en verpot deze eens in de drie maanden. Zo haal je het meeste uit jouw olifantspoot.
De naam beaucarnea komt van Jean-Baptiste Beaucarne, een Belgische notaris en plantenverzamelaar. Beaucarne kweekte de planten als eerste in Europa in de 19e eeuw.